0
0
Voor het Nederlands zaalvoetbalteam is het jaar 2020 goed gestart. In Aarhus werd thuisland Denemarken in een oefenduel met 5-2 verslagen. Amir Molkârâi was de grote man aan Nederlandse zijde. In een kort tijdsbestek maakte hij het verschil. Zondag staat de tweede ontmoeting tussen beide teams op het programma.
Bron: OnsOranje (Foto: KNVB Media)
“We zijn dit jaar nog ongeslagen”, grapte een opgetogen bondscoach Max Tjaden. Een opmerking met een knipoog misschien, maar ook ingegeven door de prestaties uit 2019. Toen Oranje slechts één wedstrijd won, twee duels gelijk speelde en verder nederlagen moest incasseren.
Taai
Tegen Denemarken werd dus wél succes geboekt. De nummer 64 van de wereld – Nederland bekleedt de 36e positie – was vooral in de eerste helft een taaie tegenstander. Met kansen over en weer. Uiteindelijk werd de rust gehaald met een 1-1 stand. Mouhcine Zerouali bracht Oranje op 0-1, maar de Denen wisten uit een goed opgezette aanval langszij te komen.
“Je kon zien dat de spelers twee tot drie weken hadden stilgestaan”, zei Tjaden. “Het leek soms net of ze voor het eerst met elkaar speelden. De echte vorm was er niet.”
Het blok bestaande uit Mats Velseboer, Mo Attaibi, Amir Molkârâi en Jorg Ooievaar maakte na rust het verschil. Vooral Molkârâi schoot uit zijn slof. Zo werd het binnen enkele minuten 4-1, waarbij vooral de 3-1 van Molkârâi een lust voor het oog was. Eerst speelde hij een directe tegenstander door de benen, daarna deed hij bij de doelman hetzelfde.
Molkârâi had even daarvoor ook al voor 2-1 gezorgd en na een geslaagde actie van de speler van Hovocubo, maakte Lahcen Bouzouzan de 4-1 uit een penalty. Tjaden: “Amir was wel de man vandaag.”
Verschil in ranking
Oualid Saadouni maakte de 5-1, waarna de Denen de eindstand op het bord brachten: 5-2. “Ik wilde dat we het verschil in ranking tot uitdrukking zouden brengen. Dat is in de uitslag wel gelukt, maar in het spel slechts gedeeltelijk”, had Tjaden gezien.
Op zondag staan beide ploegen wederom tegenover elkaar in Aarhus.
Average Rating